Categorieën
Portugees kolonialisme

Macau vanaf het dieptepunt tot circa 1700. Achteruitgang en stagnatie van de Sino-Portugese handel

Deel 20 Index

Hoofdstuk 3

Achteruitgang en stagnatie van de Sino-Portugese handel

3.5 Macau vanaf het dieptepunt tot circa 1700

Geschreven door Arnold van Wickeren

Geplaatst voor een drastische vermindering van hun handel na het verlies van hun handel met Japan en Manila, staat de Portugese gemeenschap in Macau onder grote druk nog meer verliezen te voorkomen en zo mogelijk geleden verliezen te compenseren. Macau blijft bovendien niet verschoond van de gevolgen van de druk van de Qing-strijdkrachten op de Ming en uiteindelijk wordt het voortbestaan van de Portugese kolonie afhankelijk van het aan de macht komen van de Manchu’s in China. Met een kolonie met zulke sterke en lastige persoonlijkheden, terwijl de bronnen van de Kroon en van de Estado da India gericht zijn op zelfverdediging in Europa, Afrika, Brazilië en Azië, zoekt de Kroon naar locale bestuurders onder de casados. De Kroon verwerpt in 1645 het verzoek van de illustere Salvador Correia de Sá e Benavides die de capitania van Macau begeert, en de Kroon selecteert voor deze functie Dom Braz de Castro, een fidalgo met een lange staat van dienst in de Oriënt, maar deze wijst zijn benoeming af, omdat hij de situatie in Macau te onoverzichtelijk vindt. Van het midden van de zeventiende tot het midden van de achttiende eeuw laten een paar prominente uit Portugal afkomstige casados, en in enkele gevallen hun nakomelingen, weten de casado een bekwaam en getrouw verdediger van de publieke zaak en een doelmatig dienaar van de Kroon te vinden. Een beroemd voorbeeld van de eersten zijn de van onschatbare waarde in het belang van de gemeenschap geleverde diensten door Manuel Tavares Bacarro, beroemd geworden als de stichter van de Macaunese kanonnengieterij, casado van Macau en gouverneur gedurende de moeilijke jaren 1657-1664. De zeldzame vader-en-zoon combinatie doet zich voor in het geval van Pero Vaz de Siqueira, die gouverneur is van 1698 tot 1700 en in de jaren 1702-1703, en António de Siqueira de Noronha, die gouverneur is in de jaren 1711-1714.

Pero Vaz de Siqueira is een van de zonen van de Portugese ambassadeur naar Japan in de jaren 1644-1647, capitão Gonçalo de Siqueira de Souza. Deze reinol is in 1657 in de Estado da India aangekomen, hij heeft de Kroon gediend in de vloot van Luís de Mendoça Furtado in de jaren 1657-1659, hij heeft deelgenomen aan de herovering van Coulão (Quilon) in 1659 en was een van de verdedigers van Cochin. In 1669 is hij als kapitein van een schip van de Kroon actief in Muscat. Hij arriveert in de vroege jaren zeventig in Macau, verlaat de dienst van de Kroon en huwt met Ana Maria de Noronha.

In de late jaren zestig wordt het bestaan van Macau bedreigt door de Qing-bevelen dat de bevolking de kust van Zuid-China dient te ontruimen. De druk wordt opgevoerd als op last van Qing-ambtenaren op 15 november 1666 acht Portugese schepen in Macau worden vernietigd. De vooruitzichten voor een nieuwe casado, zoals Pero Vaz de Siqueira, zijn in de vroege jaren zeventig niet erg gunstig. Korte tijd na dit incident bereiden de Senado da Câmara en de Portugese Kroon de ambassade voor van Manuel de Saldanha naar China, om de Sino-Portugese relaties te verbeteren, maar dan blijkt dat de geldmiddelen van Macau onvoldoende zijn om de kosten van de ambassade te betalen. Twee prominente scheepseigenaren die actief zijn in de Senado da Câmara, Miguel de Grimaldi en Manuel Leal da Fonseca, worden als gezanten van de stad naar Siam gezonden om met koning Narai te onderhandelen over een lening van 120.000 taëls om Saldanha’s uitgaven te financieren.

De lening wordt ingewilligd, maar een onzeker totaalbedrag wordt afgeleverd bij de twee Portugese gezanten in Macau, waar zij wanhopig fondsen inzamelen, waarbij zij enig, maar niet volledig, succes boeken. De lening aan Macau dient de belangen van de Siamese Kroon; koning Narai gaat ermee akkoord en ontvangt ondersteuning van de locale Portugese gemeenschap in Ayuthia. Deze locale Portugese gemeenschap voorziet de schepen die varen voor de Siamese Kroon van zeelieden en loodsen; als een schip varend voor de Siamese Kroon bijvoorbeeld in Canton gerepareerd dient te worden, reist de Portugese capitão van die locale gemeen-schap, Francisco Barreto de Piña, een casado uit Macau die in Siam woont, naar Canton en maakt afspraken voor de vereiste reparaties. In de late jaren zestig tot in de jaren tachtig drijft Macau direct handel met Siam en met schepen van de Siamese Kroon die naar Macau komen. Zij nemen daar levensmiddelen, vracht en zeelieden in. Terug- betaling van de lening aan de Siamese Kroon vindt plaats in latere jaren (1690-1730) als Macau rechtstreeks met Ayuthia handeldrijft.

De internationale handel van Macau is gewoonlijk een zaak van mannen. Er is echter in een zeldzaam geval sprake van vrouwelijke heerschappij over haar omgeving; de weduwe van Francisco Vieira de Figueiredo, Dona Catarina de Noronha, die haar man heeft vergezeld naar Macassar en Timor, neemt, na het overlijden van haar man, de zaken zelf in handen en keert in 1670 naar Macau terug. Zij arriveert met haar huishouding en gezin en zij blijft minstens nog een decennium actief in de handel. In 1680 weten de jezuïeten haar ervan te over-tuigen hen een substantiële donatie van rond 12.000 taëls te geven. Zij investeren deze in Indië in de maritieme handel. Het is jammer dat wij zo weinig weten over haar rol als scheepseigenaar en haar actieve rol in de handel, die uniek is voor een vrouw uit Macau.

Het korte overzicht van de Luso-Siamese relaties toont gebeurtenissen die van invloed zullen blijken te zijn op de carrière van Pero Vaz de Siqueira, die in de late jaren zeventig en tijdens de jaren tachtig twee schepen uitzendt naar de markten van Banjarmasin, Timor, Batavia en Siam. Met de verbetering van de toegang tot de Chinese export-productie in 1683, selecteren de Kroon en de Senado da Câmara van Macau een aantal casados voor het leiden van ambassades naar naburige staten liggend aan de Zuid-Chinese Zee, met het oogmerk de commerciële betrekkingen te verbeteren. Pero Vaz de Siqueira wordt uitgekozen om op te treden als Macau’s ambassadeur naar Siam en Fructuozo Gomes Leite gaat naar Cambodja, Cochinchina en Tonkin. Beide ambassadeurs hebben dezelfde instructies, het belangrijkste doel van hun missie is commercieel en in het geval van Siam zoeken de Portugezen in Macau via de scheepvaart van de Siamese Kroon handelstransacties in Japan uit te voeren. Pero Vaz de Siqueira voert zijn instructies uit in 1684, maar slaagt er kennelijk niet om steun van de Siamese Kroon te verwerven voor een plan dat de Siamese handel met Japan in gevaar brengt.

Ondanks zijn diplomatieke verlies in Siam, bloeien de politieke en commerciële activiteiten van Pero Vaz de Siqueira in het decennium 1689-1698; tijdens deze periode is hij, naar het schijnt, lid van de Senado da Câmara in zeven van de tien jaren en in de jaren 1693-1694 heeft hij ook zitting in het bestuur van de Santa Casa da Misericordia. In de jaren negentig en in het eerste decennium van de nieuwe eeuw is hij de man die de meeste schepen bezit, namelijk drie1, die reizen maken naar Goa en andere havens in Indië, Atjeh, Banjarmasin, Timor en Manila. Zijn positie binnen de gemeenschap wordt ook erkend door de Kroon door zijn benoeming door de vice-rei van de Estado da India, Dom Pedro António de Noronha, Conde de Villa Verde, als capitão-general van Macau van 1698 tot 1700 en een tweede termijn, 1702-1703. Met zijn overlijden in 1703 in Macau komt een einde aan een ongebruikelijk lange carrière in openbare dienst.

1 Het totale aantal schepen van Macaunese handelaren bedraagt maximaal vijtien

Hoofdstuk 4 De Christelijke eeuw in Japan (1549-1650) 4.0 Inleiding