Geschreven door Arnold van Wickeren
Geschiedenis van Portugal en van de Portugezen overzee. DEEL 21
De regeringsperiode van João IV (1640-1656); De val van Malakka en Colombo; De regeringsperiode van Afonso VI (1656-1683); Het verlies van Manar, Jaffnapatnam, Tuticorin en Negapattinam; Het verlies van de Malabarkust; De Estado da India herstelt zich Charles Dellon als gevangene van het Heilig Officie.
INDEX
Verantwoording
Glossarium
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1 Portugal weer onafhankelijk; strijd om te overleven
1.0 De regeringsperiode van João IV (1640-1656)
1.2 Op weg naar een wapenstilstand
1.3 De Estado da India tijdens het bestand (1645-1653)
1.4 Het Portugese bestuur over Ceylon
1.5 De hervatting van de strijd en de val van Colombo
Hoofdstuk 2 Op weg naar vrede met Spanje en met de Republiek
2.0 De regeringsperiode van Afonso VI (1656-1683)
2.1 Het verlies van Manar, Jaffnapatnam, Tuticorin en Negapatnam
2.2 Een Hollandse strafexpeditie naar Quilon en een mislukt Hollands beleg van Cochin.
2.3 Het tweede beleg en het verlies van Cochin; de verovering van Cannanore.
Hoofdstuk 3 De Estado da India op weg naar herstel
3.0 De aanloop tot en de regering van vice-rei António de Melo e Castro (1663-1666)
3.1 De regering van vice-rei João Nunes da Cunha (1666-1668)
3.4 De heilzame hervormingen van gouverneur António Pais de Sande (1678-1681)
Bijlage: Charles Dellon in handen van de rechtbank van het Heilig Officie in Goa (1673-1677)
Verantwoording
Bij het schrijven van mijn door Hogeschool Alkmaar in 1994 uitgebrachte boek ‘Geschiedenis van Portugal en van de Portugezen overzee (ISBN 90-802098-1-3)’ moesten veel zaken onbesproken blijven, om het eendelige werk niet veel te omvangrijk te maken. Onvrede over deze beperking en het beschikken over veel meer vrije tijd dan toen ik nog werkte, zijn de redenen geweest mijn eerste boek uit te werken in afzonderlijke delen. Dat deze uitwerking geschiedt mede aan de hand van veel niet eerder geraadpleegde literatuur spreekt voor zich. In september 1996 is deel I verschenen en in de herfst van 2009 was deel XX gereed. Uit hoeveel delen van circa 250 pagina’s het totale werk zal bestaan laat zich thans nog niet schatten; ik hoop dat het mij gegeven zal zijn nog vele delen te schrijven. Deze verschijnen in een beperkte oplage en zijn bestemd voor universiteits- en andere openbare bibliotheken in Nederland en Vlaanderen, alsmede voor belangstellenden uit eigen kring. Met het uitbrengen van de delen staat mij geen commercieel doel voor ogen. Daarom is de uitvoering zo goedkoop mogelijk gehouden. In oktober 2006 leek een publieksuitgave van de tot dan toe uitgebrachte en de nog te schrijven delen onverwachts binnen handbereik. Nadat ik ervaren had dat een commerciële uitgave van mijn werk onaanvaardbare concessies van mij zouden vergen, heb ik daarvan afgezien en ben op de oude voet voortgegaan.
Wat mij in de geschiedenis van Portugal van jongs af aan vooral fascineert zijn de voortrekkersrol die het land heeft gespeeld in de ontdekking van de wereld en ’s lands maritieme expansie. Mijn boek gaat daarom voornamelijk over de verrichtingen van de Portugezen overzee in drie continenten. Het gaat dan om zaken als: de wereldwijde maritieme expansie in de vijftiende en in de eerste helft van de zestiende eeuw; de eerste tekenen van verval van de Portugese positie in Azië in de tweede helft van de zestiende eeuw en de vrijwel volledige teloorgang daarvan, mede door toedoen van de VOC, in de zeventiende eeuw; de strijd tegen de WIC om Brazilië en de Portugese gebieden in West-Afrika in de zeventiende eeuw; de bloei en het verlies van Brazilië in de achttiende, respectievelijk de negentiende eeuw; de uitbouw van het koloniale rijk in Afrika naar de binnenlanden aan het einde van de negentiende en in de eerste helft van de twintigste eeuw en het einde van de imperiale droom aan het begin van het laatste kwart van de vorige eeuw. Deze en soortgelijke zaken komen uitvoerig in dit werk aan de orde, terwijl de bespreking van de ontwikkelingen in Portugal zelf de noodzakelijke achtergrondinformatie geeft, waaruit het optreden overzee kan worden begrepen.
Bij het schrijven van elkaar opvolgende delen, is het soms gewenst zaken in te leiden met al dan niet samengevatte teksten uit voorgaande delen, waardoor enige overlap ontstaat. Er is temeer sprake van overlap als, zoals in mijn geval, het aantal deeltjes groot is, omdat de beschouwde periode soms maar enige decennia omvat. Daarom heb ik besloten te beginnen met deeltje XIII de te behandelen periode aanzienlijk te vergroten. Deel XIII en een aantal volgende delen omvatten dan ook de regeringsperioden van koning Sebastião (1557-1578), kardinaal Henrique (1578-1580) en de Spaanse Habsburgers (1580-1640).
In de ‘Verantwoording’ van voorgaande delen is in zeer korte vorm vermeld wat de inhoud is van het betreffende deel en van voorafgaande delen. Deze methodiek leidt ertoe dat de verantwoording bij elk nieuw deel qua omvang toeneemt. Bij deel XV en volgende delen volsta ik ermee te zeggen dat in de delen I t/m XII wordt besproken de periode vanaf de prehistorie tot aan het overlijden van Dom João III in 1557, dat in deel XIII de gebeurtenissen aan de orde komen die uiteindelijk in 1580 hebben geleid tot de personele unie van de Spaanse en de Portugese troon en het zestigjarige bestuur van de Spaanse Habsburgers over Portugal en zijn overzeese imperium. Deel XIII verhaalt voorts Sebastião’s rampspoed in Marokko, de ontwikkelingen rond de Atlantische eilanden en in West-Afrika tijdens de periode 1560 tot1640, waarin de strijd om en het verlies van het Fortaleza de São Jorge da Mina centraal staat. Deel XIV gaat over de bemoeienissen van de Portugezen met Angola en Kongo in hetzelfde tijdvak en over de Portugezen aan de Swahilikust van 1560-1600. Deel XV behandelt de ontwikkelingen in en rond de Estado da India onder de capitães-gerais Dom Constantino de Bragança t/m Dom Francisco da Gama (1558-1600). Idealiter zou in deel XVI besproken zijn de geschiedenis van de Estado da India vanaf het begin van de zeventiende eeuw tot aan het herwinnen van de Portugese onafhankelijkheid in 1640. Gelet op de verhalende vorm waarin de materie wordt behandeld, met specifieke aandacht voor curieuze details aan de ene kant en de nog immer toenemende omvang van de geraadpleegde literatuur aan de andere kant, is dit een onmogelijke opgave gebleken. In deel XVI worden de ontwikkelingen in de Estado da India besproken tot aan de komst van Hollanders en Engelsen naar Azië, wat uiteindelijk de teloorgang van Portugals positie in dat werelddeel zal inluiden. Het derde, tevens laatste, hoofdstuk is gewijd aan de Portugezen aan de Tamilkust in de periode 1560-1680. In dit deel zijn buiten beschouwing gebleven het Portugese optreden elders in Azië, zoals op Ceylon, aan de Golf van Bengalen, in Birma, Siam, Achter-Indië, Malakka, de Molukken en de Banda-eilanden, Solor en Timor, in China (Macau) en Japan en ten slotte aan de Swahilikust, die aanvankelijk ook tot de Estado da India gerekend werd. In deel XVII wordt de bespreking van de Estado da India voortgezet met de rampzalige periode 1623-1640 (hoofdstuk 1), hoofdstuk 2 gaat over de Portugezen in Bengalen en in het derde en laatste hoofdstuk wordt aandacht geschonken aan de Portugezen, Spanjaarden en Hollanders in Siam en Achter-Indië. Deel XVIII is geheel gewijd aan de niet aflatende oorlogen in Ceylon tijdens de Habsburgers; deel XIX behandelt Portugees Malakka, de Molukken en de Kleine Soenda eilanden in dezelfde periode; deel XX is gewijd aan de geschiedenis van Macau en aan de handel in vooral Chinese zijde van Macaunese kooplieden in Japan, aan de pogingen Japan te kerstenen en aan de onbarmhartige vervolging van de missionarissen en hun bekeerlingen. Deel XX wordt besloten met de missie van de jezuïeten in China. Het onderhavige deel XXI is gewijd aan de verovering van Malakka, Ceylon en de Malabarkust door de Hollanders en aan de herlevende Estado da India in de decennia na de Vrede van Den Haag in 1661. Deel XXI wordt besloten met een bijlage over de geschiedenis van de arts Charles Dellon als gevangene van de inquisitie. Deze bijlage is een marginaal gecomprimeerde samenvatting van De onbezonnenheid van Charles Dellon (1673-1677) uit Frédéric Max’ voortreffelijke werk Gevangenen van de inquisitie.
Bij het schrijven van dit werk sta ik als een dwerg op de schouders van reuzen. Dezen hebben de oorspronkelijke bronnen ontcijferd en daaruit de soms tegenstrijdige gegevens geschift, geordend, geduid en van annotaties voorzien. Ik heb mij slechts tot taak gesteld uit de veelheid van boeken de meest bruikbare te kiezen. Naarmate ik al doende meer inzicht verwerf in de zeer uitgebreide bibliografie van de Portugese aanwezigheid overzee, wordt het kiezen uit de immer aanzwellende stroom studies moeilijker. Aan de ene kant is de verleiding groot zoveel mogelijk gebruik te maken van literatuur waarin aandacht wordt geschonken aan de heldenmoed, lotgevallen en euveldaden van individuele personen, omdat deze kleur geeft aan de historie. Maar aan de andere kant leidt te grote aandacht voor details ertoe dat ik het werk waaraan ik vele jaren geleden ben begonnen, niet zal kunnen voltooien. Ik moet dus schipperen en zal gedetailleerde beschrijvingen moeten afwisselen met stukken die een globaal overzicht verschaffen. Bij de keuze van te raadplegen literatuur staat Dr. B. N. Teensma mij met raad en daad terzijde; ook heeft hij mij een aantal boeken van zijn hand geschonken en mij gestimuleerd op de ingeslagen weg voort te gaan. Ten slotte heeft hij een lovend voorwoord bij deel XIII verzorgd. Voor dit alles zeg ik hem oprecht dank. Mijn erkentelijkheid gaat ook uit naar Prof. Dr. Leonard Blussé voor zijn bemoedigende reacties op de eerder verschenen delen, voor zijn voorwoord bij deel XIX en voor de werken die ik van hem heb mogen ontvangen. Van Dr. Ir. Ernst van Veen en Dr. Arend de Roever ontving ik hun dissertaties. Beiden zeg ik oprecht dank voor de waardevolle aanwinsten van mijn boekenlijst. Voorts gaat mijn dank uit naar Arie Pos, die van meet af aan belangstelling voor mijn werk heeft getoond en die het voorwoord van deel XVII heeft verzorgd. Sedertdien loopt hij alle delen voor publicatie zorgvuldig na op type- en taalfouten. Daarnaast heeft hij nog enige waardevolle correcties voorgesteld. Voor dit alles ben ik hem zeer dankbaar. Ook vermeld ik met genoegen de voortreffelijke website Dutch-Portuguese colonial history https://www.colonialvoyage.com/ van Marco Ramerini. Deze site met zijn vele links vormt voor mij een bron van inspiratie en een uitstekende checklist voor zowel data als relevante literatuur. Marco Ramerini heeft mij ook voorzien van literatuuradviezen; heeft mij geattendeerd op relevante websites, zaken voor mij opgezocht en literatuur met mij uitgewisseld. Hij is thans doende al mijn delen op zijn website te zetten. Voor zijn vele blijken van vriendschap ben ik hem zeer dankbaar. Naast de website van Ramerini neemt het aantal bruikbare websites voortdurend toe. Vooral de Wikipedia, the free encyclopedia, blijkt hoe langer hoe meer een waardevolle bron van kennis te zijn.
Hierna volgt een opsomming van de bij het schrijven van dit deel vooral geraadpleegde literatuur; daarbij zijn de werken waaraan ik het meest heb gehad, vet vermeld. In het laatste deel van dit werk zal een volledige literatuurlijst worden opgenomen.
Voor deel XXI zijn de volgende boeken en artikelen geraadpleegd:
Ames, Glenn J.: Renascent Empire; The House of Braganza and the
Quest for Stability in Portuguese Monsoon Asia, c.1640-1683,
Amsterdam University Press, Amsterdam, 2000;
Barendse, René; ‘Blockade: Goa and its surroundings 1638-1654 ’“Rivalry and Conflict, European Traders and Asian Trading networks, 16th and 17th century”; Ilhas-conference 23-26 june 2003, Leiden/Wassenaar;
Blussé, Leonard & Jaap de Moor: Nederlanders Overzee; de eerste vijftig jaar 1600-1650, Franeker, 1983;
Blussé, Leonard en Floris-Jan van Luyn: China en de Nederlanders, Geschiedenis van de Nederlands-Chinese betrekkingen 1600-2007, Walburgpers, Zutphen, 2008;
Boxer, Charles Ralph: The Portuguese Seaborne Empire 1415-1825, London, 1969;
Boxer, Charles Ralph: The Dutch Seaborne Empire 1600-1800, London, 1965;
Costa, Paolo M.: Historical Interpretation of the Territory of Muscat,
Oman Studies, papers on archeology and history of Oman (pp. 97-117),
Istituto Italiano per il Medio e l’Estremo Oriente, 1989;
Danvers, Frederick Charles: The Portuguese in India, Volume II, W.H. Allen & Co. Ltd., London, 1894;
Knaap, Gerrit en Ger Teitler: De Verenigde Oost-Indische Compagnie
tussen oorlog en diplomatie, KITLV Uitgeverij, Leiden, 2002;
Livermore, H.V.: A New History of Portugal, Cambridge U.K., 1966;
Mac Leod, N.: De Oost-Indische Compagnie als zeemogendheid in Azië, 1602-1650, twee delen, Blankwaardt & Schoonhoven, Rijswijk (Z.H.), 1927;
Malekandathil, Pius, The Mercantile Networks and the International
Trade of Cochin 1500—1663. “Rivalry and Conflict, European Traders
and Asian Trading networks, 16th and 17th century;” Ilhas-conference 23-
26 june 2003, Leiden/Wassenaar;
Max, Frédéric: Prisonniers de l’Inquisition, Editions du Seuil, Paris, 1989,
vertaald door Ivo Gay: Gevangenen van de Inquisitie, Ambo, Baarn, 1991;
Mostert, Tristan: Chain of Command: The militairy system of the Dutch
East India Compagny, Thesis chapter: The second siege of
Cochin, Internet 31-12-2009, 8 pagina’s
Mostert, Tristan: Chain of Command: The militairy system of the Dutch
East India Compagny, Thesis chapter: Quilon and Cochin: a punitive
expedition and a failed siege, Internet 31-12-2009. 11 pagina’s
Mostert, Tristan: Chain of Command: The militairy system of the Dutch
East India Compagny, Thesis chapter: Northern Ceylon: starving
Jaffanapatnam, Internet 31-12-2009, 7 pagina’s.
Oliveira Marques, A.H. de: History of Portugal, Volume I & II, New York, 1976;
Newitt, Malyn: A History of Portuguese Overseas Expansion, 1400-1668, Routledge, London and New York, 2005;
Noonan, Laurence A.: The Portuguese in Malacca; A Study of the First
Major European Impact on East Asia (71 pp.), STUDIA, Lisboa, No. 23(Abril-1968);
Pieris, Paulus Edward: Ceylon and the Portuguese 1505-1658,
Ceylon Civil Service, Kandy, 1920;
Saraiva, José Hermano: História concisa de Portugal; Lisboa, 1979;
Souza, Avelino de; (Goanet) Portugese rule ruined Jaffna, ontleend aan internet http://www.mail-archive.com/goanet.org//msg39190.html
Subrahmanyam, Sanjay: The South Coromandel Portuguese in the late 17th century: a study of the Porto Novo-Nagapattinam Complex, STUDIA, Lisboa No. 49, 1989
Valentijn, François: Oud-en Nieuw Oost-Indiën, deel VA, Uitgeverij Van Wijnen, Franeker, 2002
Veen, Ernst van: Decay or Defeat? An inquiry into the Portuguese decline in Asia 1580-1645, Research School of Asian, African and Amerindian Studies Universiteit Leiden, The Netherlands, 2000;
Veen, Ernst van: The European-Asian relatons during the 16th and 17th century in a global perspective, Conference: “Rivalry and Conflict, European Traders and Asian Trading networks, 16th and 17th century”; Ilhas-conference 23-26 june 2003, Leiden/Wassenaar;
VOC-Internet sites
Wickeren, Arnold van: voorgaande delen van dit werk.
Winius, George Davison: The Fatal History of Portuguese Ceylon: Transition to Dutch Rule, Harvard University Press, Cambridge, Massachusetts, 1971;
VOC-Sites Ceylon en Malabar;
Ook is veelvoudig en intensief gebruik gemaakt van het alsmaar toenemende aantal Internetsites, naast de hiervoor al vermelde sites, waardoor de tot voor kort gebruikte naslagwerken, als de Encyclopædia Britannica, Le Petit Robert des Noms Propres, 2003 en vele andere vervangen konden worden door aan het Internet ontleende kennis.
Velen hebben mij gestimuleerd voort te gaan met het bestuderen van en het schrijven over het gekozen studiegebied; anderen hebben mij daadwerkelijk geholpen. Tot degenen op wie ik een beroep kon doen om technische problemen met de P.C. te overwinnen behoren mijn zoon Stef en mijn buurman Kai de Jong. Hun zeg ik daarvoor dank. Het personeel van Multicopy in Heerhugowaard zeg ik dank voor de keurige verzorging van dit deel van mijn werk. Ten slotte spreek ik in het bijzonder mijn dank uit aan mijn vrouw, die – na mijn pensionering — mij weinig met huishoudelijke taken belast, maar mij alle gelegenheid geeft dit boek te schrijven.
De schrijver
Glossarium
Adil Khan: rechtvaardige heerser
alcaide: beambte van het Heilig Officie
alcaide-mor: militair gouverneur
almirante: admiraal
arachchis: families van hovelingen op Ceylon
Arcebispo de Goa e Primaz das Indias: aarts-
bisschop van Goa en primaat van de Indiën
Armada de alto bordo: vloot van hoogboordige schepen
arrack: alcoholische drank, gedistelleerd uit
vruchten, graan, suikerriet en het sap van kokosnoten
batalha do Ameixial: slag bij Ameixial
Câmara Municipal: gemeenteraad
capitania: vlaggenschip
capitão: (kapitein) bevelhebber van een plaats,
fort, garnizoen of militaire eenheid
capitão-geral: is de rang van de capitão aan de
Minakust, van de governor-geral van Brazilië en van de governor-general van de Estado da India en later ook van de capitão van Macau en de capitão van de Kleine Soenda eilanden.
capitão-mor das naus da India: eskadercomman-
dant van de naar Indië vertrekkende kraken
caravela (karveel): langwerpig zeilschip
van 60 tot 100 ton, met geringe diepgang en een hoog dek, een achterkasteel en twee of drie latijn- getuigde masten
carocha: muts tijdens het autodafe gedragen
door veroordeelden
Carreira da India: Vaart op Indië
cartaz: door de Portugese factor verstrekt of
gefiatteerd vrijgeleide aan hindoekoop-lieden of aan moslimkooplieden uit plaatsen onder Portugees bestuur of wonende in Cannanore, Cochin of Quilon om bepaalde goederen te vervoeren naar een bepaalde bestemming
carte blanche: volmacht
Casa do Pólvora (buskruithuis): instantie belast
met de aankoop van salpeter in Indië
casado: gehuwde Portugese kolonist; vaak
voormalig militair
Casta Hollandeza : Hollandse kaste/ras/soort
Cavaleiro: cavalier of ridder
chave dourado: gouden sleutel
Colégio de São Paulo: college van Sint Paulus
comendador de Santiago: commandeur in de
Orde van Sint Jacobus
Conselho de Governo Interino: Raad van
tussentijds bestuur
Conselho da Guerra: oorlogsraad
Conselho do tesouro: Raad van de schatkist
Conselho Ultramarino: Overzeese Raad
consulta: raadpleging
corregedor: hoogste bestuursambtenaar in een
gebied; vertegenwoordiger van de Kroon
Cortes: weinig frequent door de koning
bijeengeroepen volksvertegenwoordiging bestaande uit afgevaardigden van de drie standen (adel, geestelijkheid en burgerij
cristãos novos: nieuwe christenen; vaak onder
grote druk tot het katholicisme bekeerde joden die (door de inquisitie) verdacht worden crypto-joden te zijn
cruzado: aanvankelijk gouden munt van 3,58
gram. Rond 1550 werd in Malakka een zilveren cruzado in omloop gebracht met een waarde van 360 reais
dama : hofdame
defensor: verdediger
dessaye: secretaris van Rajda Sinha
dewala: tempel van Hindoe-godinnen, die
erkend zijn door de Boeddhisten
disawa: hoge bestuurder op Ceylon ; komt
direct na de Portugese generaal
dividas velhas: oude schulden
dissavanie: provincie of district
escrivão da puridade: privé-secretaris van de
koning
escrivão da India: secretaris van de onder-
koning en van het Conselho da India
Estado da India: Staat van Indië
estanque de tabacco: tabaksmonopolie
fama do cabedal: reputatie een vermogend
man te zijn
fama do valor: reputatie een bekwaam en
moedig militair te zijn
fidalgo: zoon van iemand (filho d’algo),
edelman
fidalguia: adel
fogo revolto: omgekeerd vuur
fragata (fregat): snel zeilend oorlogsschip met
drie masten
fusta: (fust of hulk), lang en plat roei- en
zeilschip met een of twee masten
galé (galei): ondiep liggend lang en breed
roei-
en zeilschip voorzien van twee masten met latijnzeilen, gebruikt voor oorlogvoering en handelsvaart
galeão (galjoen): Portugees oorlogsschip, veel
gebruikt door piraten. Evenals de caravela redonda voorzien van latijn- en rondzeilen, maar met minder diepgang en tonnage (400-600 ton) dan de nau, en daarom zeer wendbaar.
galeota (galjoot): kleine galei (16-20
riemen) met twee masten
grande: personen die een hoge adellijke
titel voeren
guarda-mor: chef van de bewakers
Ilha de Ceilão: eiland Ceylon
Império Português do Oriente: het geheel van
Portugese havens, forten en steunpunten ten oosten van Cabo da Boa Esperança
Junta do Comercio: instantie die oorlogs-
schepen levert om konvooien handels-schepen te beschermen
Justitia et Misericordia (Rechtvaardigheid en
barmhartigheid): devies v/h Heilig Officie
kafir: Arabisch woord voor ongelovige
kalpathi: titel v/d radja van Cochin
kalathiri: titel v/d radja van Cannanore
laksamana: admiral v/d oorlogsvloot van Malakka
lascarins: Singalese soldaten in Port. Of Holl. dienst
légua: afstandsmaat waarvan de lengte,
afhankelijk van de kroniekschrijver, varieert van 5,93 tot 6,66 km.
letter-patent: brief uitgegeven door een vorst of
regering, waarbij iemand het recht wordt verleend een bepaald ambt uit te oefenen
madre de Deus: moeder van God
mardijkers: (Maleis merdeka) door de Portugezen
vrijgelaten slaven
marquês: markies
medida: maatje
Mesa de Relação: hooggerechtshof
Mesa de Santo Oficio: rechtbank v/d inquisitie
mohottiar of mohottala: functionaris van
wiisselende rang belast met het bijhouden van de archieven
mudaliyar: bestuurder van een district of dorp
op Ceylon
nair: vertegenwoordiger van een hoge kaste,
waaruit in Malabar krijgers werden gerecruteerd
nau (kraak): ): ‘groot schip,’ groot en
breed zeilschip (800 – 2.000 ton) met drie masten; de fokkemast heeft een latijnzeil, de grote en de bazaansmast hebben dubbele vierkante zeilen; aanvankelijk gebruikt als vrachtvaarder in de Carreira da India, later aangepast tot oorlogsschip.
Navios de alto bordo: schepen behorend tot de
oorlogsvloot
navios de remo: roeischepen
nayak : Hindoe-vorst in het zuiden van Voor-Indië
noble de robe: ambtsadel
Nossa Senhora da Ajuda: O.L.V. van de hulp
Nossa Senhora de Bom Successo: O.L.V. v/d
goede afloop
Nossa Senhora das Cardeas: O.L.V. v/d
hoofdwindstreken
Nossa Senhora de Concepção: O.L.V. Onbevlekte
Ontvangenis
Nossa Senhora dos Milagres: O.L.V. v/d wonderen
Nossa Senhora de Nazaré: O.L.V.van Nazareth
Nossa Senhora da Oliveira: O.L.V. v/d olijfboom
Nossa Senhora de Penha de França : O.L.V. v/d
Rots van Frankrijk
Nossa Senhora de Pilar: O.L.V. v/d zuil
Nossa Senhora dos Remedios: O.L.V. v/d hulp-
middelen
Nossa Senhora do Rosário: O.L.V. v/d Rozenkrans
Nossa Senhora do Socorro: O.L.V. van Bijstand
orçamento: begroting
ouvidor: auditeur
Palacio da Fortaleza: paleis van de vesting
paravas (parava-christenen): Tamils die aan
de Parelvisserskust pareloesters opduiken, aanvankelijk voor moslimhandelaren, maar na hun kerstening voor de Portugezen
pedreiros: metselaars
Peregrinação de Dom João IV: Pelgrimsreis
van Dom João IV (auteur Nunes da Cunha)
pinas: oorlogsschip van 200-400 ton uit de
zestiende en zeventiende eeuw met een platte spiegel of vlak achterschip, dat later een meer ronde vorm zal krijgen; ook wel aanduiding van een jacht niet groter dan 50 ton
pound: munt van 7,9881 gram goud, een gehalte
van 0,917 karaat en een gewicht van 0,2354 ounce, genoemd sovereign
procurador van de Kroon: procureur des
konings
provedor: provisor
quid pro quo: het een voor het ander (voor
wat, hoort wat)
quintal: gewichtseenheid gelijkgesteld aan 4
arrobas (= 58,0 kg) of aan een
hundredweight (= 50,8.kg)
real: zilveren of koperen Portugese munt
Reconquista: de herovering van het Iberisch
schiereiland door de christenen op de Moren in elfde tot en met de vijftiende eeuw
Regimento dos Oficios da Casa Real: regeling
van de ambten van het Koninklijk Huis
reinados: uit Indië naar Portugal teruggekeerde
personen
reis vizinhos: koningen van de buurlanden
religiosos: religieuzen
renversement des alliances: verwisseling van bond-
genootschappen
ribeira van Goa: scheepswerf van Goa
Rios de Cuama: stroomgebied van de Zambezi
Rua Direita: rechte weg
samara: scapulier of schouderkleed dat tijdens het
autodafe gedragen wordt door degenen die blijven ontkennen
sambenito of saco bendito: scapulier of schouder-
kleed dat tijdens het autodafe gedragen wordt door veroordeelden
sanna: opdracht
Santa Casa da Misericordia: Heilig huis van
Barmhartigheid
Santa Cruz: Heilig Kruis
Santiago: Sint Jacobus
Santo Estêvão: Sint Stefanus
São José: Sint Joseph
São Lourenço: Sint Laurentius; oorspronk-
elijke naam van Madagascar
Senado da Câmara: gemeenteraad
Senhores do mar: heersers over de zee
signati: titel van de radja van Quilon
sjahbander: ‘heer v/d haven’, houdt toezicht op de
koophandel in de haven en int de daarop mvan toepassing zijnde heffingen
Te Deum laudamus: U, God, loven wij
terço: een derde deel
tesouraria real: Koninklijke Schatkist
titulares: dragers van een adelijke titel
topasses/toepassen: Zwarte Portugezen
Vedor da Fazenda da India: hoogste autoriteit
namens de Kroon belast met het financieel toezicht in Indië
vice-rei: onderkoning
Vida de Dom Pedro o Cruel de Castela: Leven
van Dom Pedro de Wrede van Castilië ( auteur Nunes da Cunha)
virgines: maagden
visconde: burggraaf
xerafim: zilveren munt, aangemunt in Voor-Indië
met een gewicht van 22 gram en een waarde van 300 reais
zamorin: ‘Heer v/d Oceaan’, Hindoevorst van Calicut